Gebouw

De volgende projectfasen en bijbehorende processtappen maken op grote lijnen inzichtelijk waar een circulair proces afwijkt van de lineaire manier van werken die nu in de bouwsector dominant is. Bouwen met oog voor klimaat, gezondheid, geluk en volhoudbaarheid van het systeem is goed mogelijk op het moment dat we écht anders gaan bouwen. Daarmee volstaat niet het invoegen van circulaire principes in een lineair proces, al kan het wel een eerste aanzet tot nadenken zijn. Hoe kan ik als opdrachtgever sturen op een circulair project?

Bouwfases

0
Voor je begint: een organisatie met visie
1
Initatieffase
2
Partnerselectie
3
Ontwerp
4
Aanbesteding en realisatie
5
Gebruik
6
Herbestemming

0. Voor je begint: een organisatie met visie

Past de ambitie van jouw organisatie bij de projecten die je wilt realiseren?

Processtappen

1. Zorg dat je organisatievisie past bij de klimaat-, duurzaamheids- en circulariteitsdoelen die je nastreeft.

Kijk hierbij zowel naar de klimaattransitie (bijv. op uitstoot van CO2-equivalenten) als de materialentransitie (bijv. aandeel biobased en secundaire materialen). Welke doelen onderschrijf je als organisatie, al dan niet ondersteund door Europese raamwerken?

2. Vertaal deze visie naar een concrete strategie.

Het Nieuwe Normaal (HNN) kan je daarbij helpen. Dit raamwerk maakt circulariteit eenduidig en inzichtelijk, op basis van bestaande meetmethodieken uit de markt. Weet wat je gaat uitvragen, hoe je dat doet en hoe je wilt dat er opgeleverd wordt (monitoring). Hanteer hiervoor de besluitvormings-hiërarchie:

Succesvoorwaarden

1. Bouw niet als het niet hoeft.

-

2. Bouw emissieloos tot 6 lagen en expliciteer daarin hout en biobased, een bijna volledig biobased woning is mogelijk:
  1. Gebruik hout specifiek om technische, constructieve waarden te halen.
    1. Industrieel bouwen: kies je voor houtbouw uit de fabriek, ben je eigenlijk al meteen bijna klaar. Industrieel, biobased bouwen kent een breed scala aan voordelen (zoals het voorkomen van faalkosten en afval) en is opschaalbaar waardoor je in één klap je milieu-impact minimaliseert. 
    2. Houtbouw op de bouwplaats: hiermee bouw je op maat. Deze manier van bouwen met hout is niet opschaalbaar; daarnaast zul je ook op andere strategieën moeten inzetten om je milieu-impact verder in te perken. 
  2. Gebruik biobased materialen waar dat kan (bijv. voor isolatie of gevel)
    1. Kijk hiervoor bijvoorbeeld naar de gebouwlagen van Brand (zie afbeelding). Waar je hout wil toepassen bij de structuur kun je biobased materialen gebruiken bij de meeste overige lagen. ‘Stuff’ is hier facility management met een hoge doorlooptijd. 
  3. Gebruik beton en staal alleen als het echt niet anders kan. In principe kun je tot 6 lagen met hout volledig uit de voeten.
 
3. Bouw hoger dan 6 lagen als het echt niet anders kan. 

Bouw dan in ieder geval in hybride samenstelling, volg hierbij de principes onder (2). Om te voldoen aan de huidige eisen op het gebied van brandveiligheid en constructies, zal je vaak niet ontkomen aan de toepassing van (secundair) beton en staal. Naast hergebruik zijn er dan ook andere strategieën om je emissies en milieu-impact te verkleinen, zoals:

4. Beperk je logistieke/transportbewegingen,

bijvoorbeeld door het inzetten van bouwhubs of door modulaire prefab bouwmethodes. Biobased bouwelementen zijn doorgaans lichter en kunnen met elektrisch materieel gemonteerd worden, waardoor emissies (zoals stikstof) op de bouwplaats verminderd worden. Door slimme bouwlogistiek kan ruim 60% van de transportbewegingen beperkt worden wat ook voordelig is voor de milieu-impact én overlast.

5. Sturen op thema’s uit Het Nieuwe Normaal (HNN). 

Kijk bijvoorbeeld ook eens naar de milieu-impact, materiaalgebruik en waardebehoud. 

  1. Bepaal voor welke indicatoren uit het HNN raamwerk je een (hoge) ambitie op wil stellen. Het advies is om minstens de Standaarden (S) uit het raamwerk kwantitatief op te nemen. Hier is een prestatieniveau aan verbonden die haalbaar is en die je als ambitieuze lat kan gebruiken.
  2. Kies één of meerdere indicatoren onder Indicatie (I) en Begrip (B) om kwantitatief of kwalitatief uit te vragen, om te kijken wat het doet en van te leren. Wel is voldoende focus belangrijk, zie ook de 'Handreiking aanbesteden gebouw' om te kijken welke indicatoren zich lenen voor de vertaling naar eis, geschiktheidseis, selectiecriterium en gunningscriteriumzijn om een gunningcriterium. Kijk op www.hetnieuwenormaal.nl voor de meest up-to-date versie van het raamwerk en de prestatieniveaus.
 

1. Initatieffase

Het eerste initiatief voor een bouwvraag ligt bij de opdrachtgever die bepaalt wat voor soort gebouw gewenst is: nieuwbouw of renovatie/transformatie. Uitgewerkte, concrete ideeën en uitgangspunten over het gebouw worden opgeschreven in een Programma van Eisen, waarop het ontwerp voor het gebouw gebaseerd wordt.

“Op hoofdlijnen wordt de marktpotentie, de ruimtebehoefte, het benodigde investeringsbedrag en de te verwachten exploitatie verkend. Verder worden eventuele partners verkennend bij het proces betrokken. Deze fase wordt afgesloten met een haalbaarheidsonderzoek waarin het concept uiteen is gezet en is aangegeven of het een kansrijk initiatief betreft.”

Processtappen

1. Sluit met je projectambitie aan op de visie van je organisatie

Maak vanuit de organisatievisie een vertaalslag naar het betreffende kavel. In welke mate is daar duurzaamheid/circulariteit in verankert? Moet je wel (nieuw) bouwen, of kom je ook uit met aanpassen van bestaande bouw? Zoek hier (intern of extern) referenties en bewijslast bij om te zien wat de mogelijkheden zijn. Baseer je projectambitie in ieder geval op de Standaarden (S) uit het HNN raamwerk [zie ook een organisatie met visie].

2. Ga op zoek naar haakjes in je omgevingsvisie en pas die toe op de projectvisie. Realiseer je waar deze elkaar tegenspreken, en gooi dit balletje bij stap 3 op.

Stel je ambitie op a.d.h.v. de plek in het gebied, en maak deze passend met de omgeving. Dit gaat verder dan de richtlijnen van de gemeente. Stel je jezelf een aantal kritische vragen: - Heb je alle potentiële circulaire waarden afgewogen? - Welke circulaire strategie past bij het gebied? Zo kan het logisch zijn om nadruk te leggen op biobased, natuurinclusief in de polder (één met de natuur) of urban mining in de binnenstad (sluitend maken van kringlopen). - Wat staat er al of komt vrij (in woningen, materialen) die te benutten zijn?

3. Ga op zoek naar haakjes in je Woondeal en pas die toe op de projectvisie.

Interpreteer de inspanningsverplichtingen uit de paragraaf Toekomstbestendig bouwen en kijk wat je daarmee kan.

4. Evalueer en borg geleerde lessen in interne processen

zodat deze in een volgend project vanzelfsprekend worden.

Succesvoorwaarden

Weet welke voordelen bepaalde circulaire strategieën met zich meebrengen, om zo ook madaat te krijgen binnen het team en de organisatie.

Bijvoorbeeld de hoge mate van CO2 opslag in biobased materiaal, maar ook het relatief lichte gewicht waardoor en minder (zwaar) transport mogelijk is en je in potentie volledig elektrisch kan bouwen. Industrieel bouwen heeft als voordeel dat je tijdwinst behaald op proces, bouwtijd en ontwerp, naast verminderde faalkosten.

Betrek gebruikers in nieuwe samenwerkingsvormen/participatie (CPO etc.)

Zorg dat wat je creëert aansluit bij de wensen van de uiteindelijke gebruiker. Als gemeente kun je veel betekenen in zowel informatievoorziening, als de CPO verleiden om het meeste uit hun project te halen.

Stel een gezamenlijke visie op door de stakeholders uit te nodigen en eigenaarschap te creëren.

Zorg dat je hele projectteam is aangehaakt en kan aangeven wat hun eigen belangen en bedenkingen zijn. Het draait met name om het faciliteren en voeren van het gesprek; als je dit ter sprake stelt volgen hieruit een inkoopbeleid, processtappen en toetsingscriteria. Maak dit een vast onderdeel van ieder project (ander team = andere expertise).

2. Partnerselectie

De fase van partnerselectie gaat zowel over de uitvraag – de aanbesteding al dan niet in concurrentie waarna een prijsopgave wordt gedaan door de opdrachtnemer – als over de gunning: op basis van de gestelde eisen en budgetten wordt de opdracht contractueel aan een partij of bouwteam gegund. In dit proces dienen keuzes vastgelegd te worden zoals de uitwerking van het PvE inclusief een eerste investeringskostenraming en globaal planningsschema en er moet actief gezocht worden naar een geschikte locatie en investeerders/financiers. Daarnaast wordt het plan getoetst aan de WRO (bestemmingsplan), een risicoanalyse gedaan en vergunningverlening in gang gezet.

Processtappen

1. Selectie- en gunningscriteria met/zonder grondbezit
  • Ben je grondeigenaar? Een tendertraject op eigen grond is relatief makkelijk. Als woningcorporatie kun je na een marktconsulatie met bepaalde selectiecriteria meteen tot gunning overgaan. Maak tijdens dit gesprek bespreekbaar welke tendercriteria gunstig zijn voor de markt om aan jouw ambities te voldoen. Als gemeente maak je een onderscheid tussen selectie en gunningscriteria: eerst stel je (bovenwettelijke) selectiecriteria op om een klein aantal partijen aan tafel te krijgen. Denk hierbij aan: ‘Heb je ervaring met circulair bouwen?’ en ‘Hoe ga je daaraan voldoen?’ Schroom niet om te vermelden dat je alleen met ze in zee gaat op het moment dat ze aan bepaalde verwachtingen/handelingen voldoen. Vervolgens kun je de aanbestedingen alleen gunnen op basis van gunningscriteria die niet bovenwettelijk mogen zijn.
  • Ben je geen grondeigenaar? Dan kun je bij een aanbesteding zonder actieve rol als gemeente alleen je omgevingsvisie en vergunningsprocedure op elkaar afstemmen. Het helpt als je een ambitieuze omgevingsvisie hebt, zodat dit doorsijpelt in de projecten die hieraan moeten voldoen.
  • Openbare ruimte is altijd in bezit van de gemeente, daar is dus veel winst te behalen. Laat hierin als gemeente het goede voorbeeld zien, en probeer ontwikkelaars hierin mee te nemen. Daarnaast worden gebouwen vaak meer waard als er aandacht is voor de openbare ruimte eromheen.
2. Inkoop- en aanbestedingsproces

Het raamwerk van Het Nieuwe Normaal is toepasbaar in inkooptrajecten en aanbestedingen. Om dit op een goede manier toe te passen, doorloop je drie stappen: 

  •  Bepaal de onderwerpen die voor het project prioriteit hebben, om focus te bepalen. 
  • Kies per onderwerp of dit als eis of criterium wordt toegepast, om te bepalen hoe de markt wordt uitdaagt. Raadpleeg hiervoor de meest recente versie van de HNN-leidraad. 
  • Stel de beoordelingsmethodiek op, om de inschrijvingen te kunnen beoordelen.

Vul deze aan met overige technische eisen, prestaties en randvoorwaarden.

3. Maak een goede score leidend in de beoordeling

maar blijf ook scherp op de achterliggende keuzes die de score beïnvloeden (en hoe realistisch deze zijn). Eventueel kan hier ook gebruik gemaakt worden van een taakstellend budget (sturend op resultaat ipv uren).

4. Leg afspraken contractueel vast. Bijvoorbeeld welke HNN indicatoren zijn opgenomen in het plan én hoe daar op getoetst wordt van ontwerp t/m realisatie.

Gebruik hier de huidige meetmethodieken/tools uit het raamwerk voor of het HNN inkoopreferentiemodel:

  • Bijvoorbeeld: Leg duidelijk in de contracten vast welke NMD-database datum moet worden gehanteerd. 
  • Leg duidelijk in contracten vast hoe omgegaan wordt met wijzigingen aan de MPG-waarde (bijv. boeteclausule) 
  • Weet interne of externe expertise & contractteksten m.b.t. MPG te vinden, deze expertise kan intern zitten maar is ook extern in te huren.

Of: Geef contractueel een aantal ontwerpprincipes mee voor circulaire gebouwen en het gebied als geheel. Op gebouwniveau worden de volgende ontwerpprincipes gehanteerd:

  • Materialen worden op zo’n manier toegepast dat ze over meerdere levenscyclia kunnen worden gerecycled op een zo hoog mogelijk niveau zonder te verdwijnen in het milieu. 
  • Het gebruik van secundaire en biobased materialen wordt gestimuleerd. 
  • Het gebruik van materialen met een lage milieuimpact wordt geprioriteerd. 
  • Om onderhoud, hergebruik en recycling mogelijk te maken wordt ingezet op materiaalmanagement via bijvoorbeeld een materialenpaspoort. [uit metabolic gebiedsontwikkeling]
5. Evalueer en borg geleerde lessen in interne processen

zodat deze in een volgend project vanzelfsprekend worden.

Succesvoorwaarden

Gebouw vs. context: kijk naar de omgeving, i.p.v. losstaande postzegels.

Breng potentiële donorgebouwen in eigen portfolio in kaart BRON leiden? Gebruik hiervoor bijvoorbeeld een oogstkaart.

Omdat circulair ontwerpen en bouwen ook voor vergunning toetsers zoals Bouw & Woningtoezicht en Welstand nieuw zijn, is het belangrijk om hen in vroeg in het proces te betrekken.

Om zo de procedure tot vergunningsverstrekking zoveel mogelijk te verkorten (zeker bij conceptbouw). Door de onbekendheid worden soms onredelijk hoge eisen gesteld aan hergebruikte of biobased materialen. Betrek eventueel externe expertise bij vragenstukken via een circulair bouwnetwerk, zoals Cirkelstad of via de Provincie.

Zekerheid vs. innovatieruimte

Timmer je uitvraag niet dicht, maar laat ruimte over aan de markt (ontwerpteam) om te kijken welke (beschikbare) materialen en hun hergebruikpotentie passen bij het realiseren van een lage milieu-impact van het project. Onconventionele materialen passen niet altijd binnen de huidige bouwmethoden (denk aan hoogte beschikbare deuren, materiaal-efficiënte overspanningslengte in hout) - laat sturen op standaard afmetingen en andere beperkende eisen dus los. Wel kan je sturen op:

  • Toegepast percentage biobased of secundair materiaal in het ontwerp; 
  • Materiaalgebruik met hoge hergebruikpotentie; 
  • Voorkomen van eindig materiaalgebruik (refuse), of indien noodzakelijk om te voldoen aan functionele eis (reduce).
  • Blijf dan wel weg van mazen in je contract door uitdrukkingen als “biobased, of vergelijkbaar”.
  • Lokaal geproduceerde materialen en verminderde transportbewegingen verkleinen de uitstoot van het materiaal aan de voorkant.
Aandacht voor partnerselectie: samenwerkingsvorm én de juiste mensen.

Bijv. door assessment voor bouwteam.

  • Verken de type samenwerking (e.g. sloper betrekken, innovatie ontwikkeling, nieuwe partijen aanhaken). Partnerselectie – hoe stel ik mijn bouwteam samen. AM whitepaper samenwerken Inhuren van de juiste expertise, denk aan een circulaire/biobased projectleider
  • Bepaal de inkoopstrategie in samenspraak met de markt door het houden van een marktconsultatie – waar kan de markt aan voldoen en onder welke voorwaarden? Het Nieuwe Normaal kan hier ook functioneren als eenduidige taal, zorg dat opdrachtgever en opdrachtnemer hetzelfde verstaan onder circulair bouwen en de op te sturen indicatoren.
Bepaal een monitoringsstrategie, bonus/malus rekening
  • Bijvoorbeeld hoe om te gaan met wijzigingen in MPG- berekeningen na gunning, wanneer dit niet is vastgelegd in het contract. Vraag de ontwikkelaar om een voorstel voor omgang met de wijziging in MPG, met name de MPG veroorzaakt onder eigen verantwoordelijkheid. Vraag de ontwikkelaar de oorzaken van een eventuele wijziging van de MPG-waarde duidelijk uiteen te zetten. Vraag hierbij óók naar de verantwoordelijke bij elke oorzaak.
  • Ga de oorzaken van de wijziging van MPG-waarde zelfstandig na, middels interne of externe expertise, en vergelijk dit met antwoord 1.
  • Spreek samen een duidelijke, nieuwe MPG-maximumwaarde af, en op welke momenten deze geverifieerd moet worden.
  • Ontwikkel o.b.v. bovenstaande informatie een advies tot omgang met de wijziging richting directie.
Bepaal een strategie voor vastleggen van data

bijv. door de inzet van een materialenpaspoort

Wijs ontwikkelende partijen op subsidiemogelijkheden voor circulair bouwen

Vanuit het Rijk en EU bestaan er verschillende mogelijkheden om via subsidies projecten te financieren. Een voorbeeld is de Subsidie- en financieringswijzer van het RVO.

3. Ontwerp

In deze fase wordt het ontwerp gemaakt en steeds verder geconcretiseerd (schets (SO), voorlopig (VO), definitief (DO), technisch (TO) en uitvoeringsgereed ontwerp (UO)). In deze fase wordt de circulaire strategie omgezet in keuzes voor materialisatie, constructie en verbindingen. In deze fase moet ook nagedacht worden over waar de materialen vandaan te halen (waar mogelijk sluiten van kringlopen).

Processtappen

1. Om een circulair gebouw te realiseren helpt een besluitvormingshiërarchie om circulaire kansen zo effectief mogelijk aan te grijpen.

Geef als opdrachtgever dit kader mee aan het ontwerpende team. Het achterliggende idee is dat het het meest circulair is om minder te gebruiken.

  • Preventie: Moet je wel bouwen? (>zie ook initiatieffase) 
  • Waardebehoud: Kun je bouwen met wat er al is? Reductie van grondstoffen en/of bestaande stromen optimaal benutten.
  • Waardecreatie: Ontwikkel voor de toekomst door biobased of met minimale CO2 uitstoot te bouwen.
2. Sturen, meten, bijsturen (toetsing en acceptatie): laat de plannen tijdig op haalbaarheid en realiteit beoordelen door een specialist

ook als tegengas richting een (naïeve/te ambitieuze/stiekem te scherp inschrijvende) ontwikkelaar. Las bij het VO, DO, TO en UO toetsmomenten in, waar door de marktpartij moet worden aangetoond in hoeverre de circulaire ambities behaald zijn, bijvoorbeeld door het doorvragen tijdens een workshop.

3. Check op het opstellen van een materialenpaspoort

Indien er kwantitatief gestuurd wordt op circulariteit dan kunnen bij een VO de materialen in kaart gebracht worden, om deze te verfijnen/aan te passen in de DO-fase

4. Evalueer en borg geleerde lessen in interne processen

 zodat deze in een volgend project vanzelfsprekend worden.

Succesvoorwaarden

Evalueer periodiek ook de samenwerking tussen de ontwikkelende partij en de opdrachtgever

Door dit te laten begeleiden door een onafhankelijk gespreksleider versterkt dit vaak de relatie, de teamidentiteit, het vertrouwen en komt de gezamenlijke ambitie weer naar de voorgrond in plaats van de waan van de dag.

In een circulair projectteam is meer onzekerheid over bijvoorbeeld beschikbaarheid, kwaliteit, garanties op herbruikbare materialen.

Sommige nieuwe circulaire keuzes pakken goed uit en sommige minder. Er is meer onderlinge afhankelijkheid. Daarom is het belangrijk om transparant te zijn, een gemeenschappelijk budget voor testen en onvoorziene kosten op te nemen en een open boekhouding te hanteren.

Schakel hierbij in een vroeg stadium externe (uitvoerings)kennis in van sloop- en bouwbedrijven.

Praat met slopers en neem daar de tijd voor om drie redenen:

  • Zijn er bepaalde materialen nu beschikbaar om mee te ontwerpen? Je hebt ook tijd nodig om het ontwerp hierop aan te passen.
  • Ze kunnen vertellen hoe je een gebouw het makkelijkst uit elkaar kunt halen zodat je gebouw nu goed ontworpen wordt. 
  • Zorg voor een demontagehandleiding (die de sloper ook begrijpt), en integreer die in je BIM-model.
Voorbeeldprojecten kunnen inspireren tot het vinden van oplossingen.

Ga geen dingen doen waar je geen verstand van hebt, of niet enthousiast van wordt. Bouw voort op positieve energie en ambitie en kijk vooral naar wat er wél kan. Stimuleer elkaar daarnaast om een stapje extra te zetten.

Vraag de markt wat ze kunnen en hoe ze dat zo goed mogelijk kunnen doen. en denk actief mee met de ontwikkelende partijen over welke circulaire oplossingen zij toepassen.

Gebruik hiervoor de bouwstenen die in de inleiding staan van dit kompas (zie kopje 'Inleiding'). Je kunt hen helpen door hen te verwijzen naar Bijlage 2 (zie link hieronder). Vraag bij onmogelijke of onhaalbare maatregelen om een minimaal gelijkwaardig circulair alternatief. Dit is aan te tonen met een MKI- of LCA-berekening (Life Cycle analyse) van het product.

Maak in je ontwerp kwalitatief inzichtelijk wat de impact is op TCO > tool?

volgt

4. Aanbesteding en realisatie

test

Processtappen

1. Houd vinger aan de pols bij inkoop bouw

(materialisering, gebruik van hubs en bouwmarkten, materiaalpaspoort; wordt het digitaal vastgelegd?). Waar loopt het mis bij bouwflow?

2. Houd vinger aan de pols bij detaillering.

Op de bouwplaats kans dat er meer pur en kit wordt toegepast dan strikt noodzakelijk, uitsluiten is vrijwel onmogelijk maar je kan wel vragen op de hoogte gehouden te worden van toepassing. Materiaalgebruik uitsluiten van gebruik

3. Toetsing en acceptatie: vraag om de te bereiken niveaus op HNN indicatoren en naleving van afspraken. Denk bijvoorbeeld aan een aangescherpte MPG-waarde bij realisatie

 waarin tussentijdse wijzigingen in materialisatie zijn meegenomen. Analyseer eventuele verschillen met de MPG van de tender en/of ontwerp. Waar zit dat in, en hoe kan dit in een volgend proces voorkomen worden? Wie is waar verantwoordelijk voor, en wat zijn de gevolgen voor niet naleven?

4. Geef de kwaliteitsborger expliciet mee ook te controleren op de circulaire maatregelen.

Per 1 januari 2023 gaat stapsgewijs de Wet Kwaliteitsborging in. De onafhankelijke kwaliteitsborgers zullen ook circulariteit mee moeten nemen in hun toetsing. Neem hierin als opdrachtgever een regie voerende ipv controlerende rol.

5. Voer op basis van het Definitief ontwerp een evaluatie uit op Het Nieuwe Normaal

Dit geeft inzicht in hoe het project zich verhoudt tot Het Nieuwe Normaal en hiermee draag je bij aan de ontwikkeling ervan.

6. Evalueer en borg geleerde lessen in interne processen

zodat deze in een volgend project vanzelfsprekend worden.

Succesvoorwaarden

Onderzoek opslagmogelijkheden

Onderzoek de mogelijkheid om een locatie ter beschikking te stellen waar her te gebruiken materiaal tijdelijk op te slaan is alvorens ze hergebruikt worden. Dit kan een braakliggend stuk grond of bestaande werf binnen het plangebied of buiten het plangebied zijn.

Minimaliseer afval en emissies via BLVC-plan

Voorafgaand aan de uitvoering maakt de uitvoerende partij een BLVC-plan (Bereikbaarheid, Leefbaarheid, Veiligheid en Communicatie). Bevraag de uitvoerende partij hoe zij emissies en afval tijdens de bouwactiviteiten beperken. In het Omgevingsplan kan ook een regel opgenomen worden over het beperken van emissies en afval tijdens bouwactiviteiten waarin in het BLVC-plan uitgewerkt moet worden hoe een partij dit doet.

Betrek toekomstige bewoners

Inventariseer of toekomstige bewoners een rol willen spelen in het beheren van hun woonomgeving. In deze fase zijn de toekomstige bewoners bekend. Inventariseer of zij een rol willen in het beheer van hun woonomgeving. De ervaring leert dat als mensen hier gezamenlijk een rol in pakken zij hier zuiniger mee omgaan.

Slim werk-met-werk maken

Milieuwinst in de realisatiefase is vaak te halen door slim werk-met-werk te maken. Vaak is dit ook kosten efficiënt zoals een gesloten grondbalans, bouwwegen aan te leggen met hergebruikt materiaal en op plekken waar voorbelasting nodig is.

Bied extra tijd voor sloopwerkzaamheden

Geef in de planning van sloopwerkzaamheden de uitvoerende partij de tijd om een nieuwe hoogwaardige bestemming te vinden voor het vrijkomende materiaal. Vaak wordt dit onmogelijk gemaakt door strakke planningen. Meer informatie over circulair slopen (of 'circulair oogsten' in een circulaire economie). 

5. Gebruik

Na realisatie wordt het gebouw opgeleverd en start de gebruiks-en beheerfase. In deze fase is het aan de eigenaren, gebruikers en beheerders om het gebied circulair te laten functioneren. De materiaal-, water-, voedsel-, en energiekringlopen worden hier werkelijkheid. Dit vraagt dat verzameling, verwerking en het opnieuw toepassen van grondstoffen en materialen georganiseerd is. Voor het beheer door de gemeente is het van belang dat de principes van circulariteit ook in het beheerprotocol opgenomen zijn en toegepast worden. 

Onderhoud en beheer valt onder de verantwoordelijkheden van de eigenaar van het pand, in veel gevallen is dat de opdrachtgever. De opdrachtgever houdt formeel contact met de gebruiker, en kan hier dus in sturen.

Processtappen

1. Stuur op circulair onderhoud en beheer middels een meerjaren onderhoudsplan (MJOP).

Volg de besluitvormingshierarchie van ontwerp ook bij toekomstige vervangingen. Geef als opdrachtgever dit kader mee aan de beheerorganisatie.

  • Preventie (ook wel levensduurverlenging): is het echt nodig om te vervangen? 
  • Waardebehoud: Kun je repareren wat er al is? Reductie van grondstoffen en/of bestaande stromen optimaal benutten. Hoe doe je dit zo circulair mogelijk adhv HNN-indicatoren milieu-impact, losmaakbaarheid, hergebruik?
  • Waardecreatie: Denk na over de cyclus waarin materialen vervangen worden; hoe korter het meegaat hoe belangrijker de materialisatie.
2. Controleer of het materiaalpaspoort wordt bijgehouden.

Zorg dat je weet wat er in een pand zit (met name na vervanging of reparatie) om te kunnen sturen op het MJOP.

3. Zet in op bewustwording van bewoners.

Zorg dat bewoners begrijpen wat de impact is van hoe zij zelf met gebouw omgaan (e.g. schilderen met toxische materialen, stucken van dampopen muren). Veel gemeenten en woningcorporaties hebben hier al stimuleringsregelingen voor lopen.

4. Evalueer en borg geleerde lessen in interne processen

zodat deze in een volgend project vanzelfsprekend worden.

Succesvoorwaarden

Blijven monitoren.

De ervaringen van bouw- en beheerpartijen kunnen weer lessen opleveren voor het ontwikkelproces en beleid. Daarom is het ook in deze fase van belang om periodiek te evalueren en de lessen toe te passen in volgende projecten en beleid. Daarnaast is het van belang om circulaire initiatieven ook in de gebruikfase te blijven monitoren. Leveren ze het gewenste resultaat?

6. Herbestemming

volgt

Processtappen

1. Zoek in de interne/externe portefeuille: waar is wat nodig?

Welke (nieuwbouw) projecten lopen er in de regio, waar materiaal voor nodig is?

2. Circulair slopen aanbesteden

Inventarisatie van vrijkomende materialen en (rest)waardebepaling, in voorbereiding van een nieuwe cyclus. Dit wordt makkelijker wanneer er een paspoort beschikbaar is. Kijk hierbij ook naar de losmaakbaarheid, en herbruikbaarheid per S-laag en de mate van hoog- of laagwaardige toepassing.

3. Matchmaking

Een aantal vragen om jezelf te stellen:

  • Hoe worden projecten op elkaar aangesloten?
  • Moeten producten worden opgeslagen of opgewerkt in een hub? 
  • Wat blijft er over en kan dat via een marktplaats worden aangeboden?
  • Hoe wordt de logistiek geregeld?
4. Circulair asset management

volgt

5. Evalueer en borg geleerde lessen in interne processen zodat deze in een volgend project vanzelfsprekend worden.
  • Wat kunnen we leren van slopers?
  • Welke materialen/producten niet meer gebruiken?

Succesvoorwaarden

Leg nadere circulaire voorwaarden op na een sloopmelding
  • a. Bij sloopwerkzaamheden dient een sloopmelding te worden gedaan (en in bijzondere gevallen een vergunning te worden aangevraagd). Het bevoegd gezag kan na een sloopmelding nadere voorwaarden opleggen over: het scheiden van en het op de sloopplaats gescheiden houden van het sloopafval in fracties. Art. 7.5 Bbl biedt meer mogelijkheden met maatwerkvoorschriften bij een sloopmelding (of Omgevingsvergunning) dan het huidige art. 1.29 Bouwbesluit. 
  • Regels zijn gesteld met het oog op onder andere het waarborgen van duurzaamheid bij het scheiden van bouw en sloopafval op een bouw- en sloopterrein en bij de emissie van stikstofverbindingen bij het feitelijk uitvoeren van de werkzaamheden (zie 7.2 Bbl). Dus je zou dan bijvoorbeeld het gebruik maken van een bouwhub kunnen voorschrijven of informatie over waar de gesloopte materialen naartoe gaan.

Het Nieuwe Normaal indicatoren

In de starterskit vind je een basisuitleg over de verschillende indicatoren achter Het Nieuwe Normaal. Wat is het, hoe meet je het en hoe kun je erop sturen? Wil je meer verdieping op een indicator, kijk dan onderaan bij de verschillende vragen en antwoorden per bouwfase.

Adaptief vermogen

ontdek meer

Losmaakbaarheid

ontdek meer

Hergebruikpotentie

ontdek meer

Milieuprestatie Gebouw (MPG)

ontdek meer

Het Nieuwe Normaal: Materiaalgebonden CO2-uitstoot

ontdek meer

Materiaalgebonden CO2-opslag

ontdek meer

Herkomst materialen

ontdek meer

Gezonde materialen

ontdek meer

Omgang restmateriaal (bouw)

ontdek meer